6 jaar terug kwam ik voor het eerst in aanraking met het systemische gedachtegoed. Ik werkte als organisatieadviseur bij een corporate. Mijn toemalige hr-collega was zich aan het bekwamen in het systemische gedachtegoed. Ik sponsde alles wat ze vertelde. Ze nam mij mee in het fenomenologisch kijken en op een bewuste zondagochtend gingen we samen naar mijn eerste familieopstelling. Ik werd uitgekozen om een vraag in te brengen. Mijn vraag was: hoe verhoudt de enorme drive tot presteren zich tot mij. En wat staat er tussen om plaats te maken voor iets anders, iets meer natuurlijks. Deze opstelling staat mij nog helder bij: ik droeg het presteren als een last, een last die terug gaat in de geschiedenis en afkomstig is van mijn (voor)ouders wellicht?
Na deze kennismaking besloot ik dat ik me wilde laten opleiden in het systemisch gedachtegoed. De waarde van systeemdenken t.o.v. het westerse ketendenken sprak mij aan. Dit paste bij verschillende organisatieveranderingsmethoden waar ik voor sta, mijn visie op een toekomstige organisatie, de opvoeding van mijn kinderen en de relaties in mijn leven. Ik ben de opleiding systemisch coachen aan het Hellinger Instituut gaan volgen, de eerste van een reeks systemische opleidingen voor mij. In de eerste opleiding werden mijn patronen open en bloot gelegd. Ik werd weer geconfronteerd met de enorme last die ik droeg. Ik voelde de verantwoordelijkheid voor de wereld. Ik was gewend het te dragen, ik was oma, vader en moeder tegelijk geweest, mijn schouders zijn breed en sterk.
Toen kwam er een bewust moment, dat ik de last moest gaan aankijken tijdens een systemische oefening. Ik werd uitgekozen als vraaginbrenger. Er waren ook nu weer representanten, mede studenten, die mijn vader en moeder vertegenwoordigde. Degene die mij begeleidde tijdens de oefening had een lichamelijke beperking. In de oefening moest zij mijn armen vol leggen met boeken, zij ging op zoek naar boeken en sjouwde die door de ruimte. Ik vond dat er voor haar gezorgd moest worden, dus ik delegeerde/dirigeerde mijn gerepresenteerde vader en moeder om haar te helpen. En mijn gerepresenteerde vader en moeder luisterden naar mij. Alles om mijn last, maar zelfs die van de begeleider met een fysieke beperking te dragen. Ondertussen hielp ik het hele systeem om zeep, ik steeg op, ging van mijn plek af, de ordening en balans was weg. De opleider kwam binnen en nam direct de oefening over. Zij zette mij op mijn plek en ik liet mij leiden, ik ervoer hoe fijn het was om te mogen leunen. In de oefening moest ik de last gaan neerleggen en mijn toekomst gaan zien. Het gevoel van bevrijding, zo ver weg kunnen en mogen kijken was overweldigend.
Tot op de dag van vandaag geeft deze oefening mij inzicht. Inzicht van mijn plek in relaties of hoe ik mij verhoud tot een organisatie, team, patronen en mijn overtuigingen. En het was mijn eerste ervaring om achterover te leunen en te vertrouwen op dat wat komt en nodig is, goed is.